Deze crisis is een superversnelde film van hoe democratie werkt. Heel directe democratie: mensen stemmen nu met hun voeten, met hun gedrag. Links, en dan weer naar rechts. Als een soort spreeuwenwolk. In normale tijden doen we dat met een rood potlood. Maar ook dan op basis van emotie, intuïtie, beeldvorming, ook al houden lijsttrekkers rationele betogen alsof het besturen van een spreeuwenwolk wiskunde is. Veel wetenschappelijk onderzoek doet uitspraken over effecten van beleid. Maar dat leidt niet één-op-één tot betere maatregelen. Populisten hoeven maar één nep-roofvogeltje los te laten en de halve spreeuwenwolk zwenkt naar rechts. Kijk even: https://www.youtube.com/watch?v=V_rWBHau6JA.
Een spreeuwenpremier zou kunnen roepen: “Allemaal rechtdoor vliegen, want wat we ook doen, één van ons gaat eraan.” Maar er is geen spreeuwenpremier. Spreeuwen kennen maar enkele simpele gedragsregels: vlieg niet aan de buitenkant, en vlucht weg bij gevaar. Zo golft onze samenleving nu ook min of meer. Rutte geeft wel een richting aan, maar zijn voorstellen worden alleen overgenomen door ons spreeuwen als er draagvlak is. Zie hoe het liep met openhouden van de scholen: geen draagvlak, dus toch dicht. En elke cultuur kent een fijnregeling waardoor die golfbewegingen overal net wat anders zijn. Trump kon nog zo hard ontkennen dat er een probleem was: de Amerikanen zijn ook spreeuwen en Trump kan alleen maar meegolven om gezichtsverlies te voorkomen. Hij is nu een beetje de spreeuw die toevallig voorop vliegt en denkt dat de rest hem volgt.
Om die reden ben ik eenvoudig als spreeuw pragmatisch bezig om de groep die door ons spreeuwengedrag aan het kortste eind trekt een handje te helpen: koffie schenken voor de daklozen die geen voordeur hebben om achter te schuilen. Dat deden we overigens al jaren. Nu in een lege kerk: veel ruimte daar, dus met die anderhalve meter zit het wel goed.
Ik raakte er aan de praat met bezoeker M., over zijn ideale wereld. Stap voor stap ontvouwde hij een utopisch vergezicht voor me: “Met een basisinkomen voor iedereen. De helft van nu, dat is echt ruim genoeg”, en iedereen in een huurwoning: “En dan is 20 vierkante meter voldoende”. En in een heel compacte stad. Niet in van die flats zoals in Hongkong, maar in woonblokken zoals in Parijs, zonder die binnentuinen zoals in Amsterdam, want dat is echt ruimteverspilling, zeven hoog zonder lift. “Dan krijg je heel compacte steden, en hou je meer groene ruimte rondom de steden over.” Hij had het ook helemaal doorgerekend. Inclusief verkeerssystemen en gratis gezondheidszorg. “Maar dan niet meer dan drie ingrepen per jaar, moet je maar gezond leven.” Hij geloofde er heilig in. Ik kreeg visioenen van Noord-Korea.
Enkele dagen na mijn gesprekje met M. zag ik ineens een link tussen de wereld volgens M. en de manier van denken van Ira Helsloot, hoogleraar Besturen van Veiligheid. Hij legde uit – ik parafraseer – dat het veel slimmer was om de economie niet plat te leggen en de doden op de koop toe te nemen. Het ging immers toch vooral om hoogbejaarden. Per saldo zouden we dan na verloop van tijd meer gezondheidsjaren hebben omdat een economische crisis leidt tot werkeloosheid, slechtere gezondheidszorg en zo voorts. Valt geen speld tussen te krijgen. Maar toch voelde het ongemakkelijk. Tot ik begreep dat deze bestuurskundige het gedrag van een spreeuwenwolk in een open samenleving als de onze niet begrijpt. Net als M. Dat is misschien onthutsend, voor een bestuurskundige, maar waar we bij M. onze schouders ophalen, krijgt Helsloot alle ruimte op tv. Waar Jort Kelder hem na wauwelt. En hup, daar gaan een paar spreeuwen toch weer een andere kant op.
En wat dan nog, zou je denken. Welnu, dat zwenken en draaien als een spreeuwenwolk is dus onze manier om met een crisis om te gaan. Stel je de coronacrisis nu eens voor als generale repetitie van wat ons te wachten staat als de volgende, veel langzamere, maar veel ingrijpender kladderadatsch zich voltrekt: het smelten van het ijs op Groenland en daarna Antarctica. Komen we dan ook pas in actie als de eerste golven over de duinen en dijken de polders inlopen? En zwenken we dan ook van links naar rechts? Ik mag hopen van niet. Laten we na afloop van de coronacrisis ten eerste niet alle remmen loslaten om alle uitgestelde consumptie in te halen met dito productie van zooi waar we prima zonder kunnen, ten koste van een enorme extra uitstoot van broeikasgassen. Maar ten tweede toch wat minder zwenkend en draaiend die finale crisis proberen te voorkomen.
En daar kunnen we nu al mee beginnen: door de sociale samenhang die we in korte tijd hebben bereikt vasthouden. Onderzoekers, daar heb je ze weer, signaleren nu al dat vriendschappen zich verdiept hebben. Want mensen hebben mensen nodig. Misschien beleven we daar uiteindelijk meer voldoening aan dan aan het rond de wereld vliegen en ons huizen vol spullen stouwen. Dus méér socializen, dat leidt mogelijk meteen tot minder behoefte aan consumeren. Dus méér van het een, zonder het gevoel dat je iets móet laten. Dat gaat het vanzelf. Sober leven met rijker resultaat. En kunnen we het vileine keeping up with the Joneses, uitgebuit door slimme marketeers vanaf de jaren vijftig om de individuele consumptie aan te jagen, ook bij het groot vuil dumpen, naast de rest van alles wat we de afgelopen weken het huis uit gedragen hebben.